Poulsard - Druif
Geschiedenis van de poulsard
Wat een vreemde jongen deze poulsard, ook wel gekend als ploussard. Deze druif uit de Franche-Comté wordt voor het eerst vermeld in de 14de eeuw onder de naam pellozar. Sommigen denken dat we verder terug in de tijd moeten gaan. Laten we immers niet vergeten dat de wijnbouw in Gallië hier is ontstaan. De Vitis allobrogica die de Gallo-Romeinen teelden werd bijvoorbeeld vernoemd naar de plaatselijke stam.
Wat er ook van zij, deze druif had meer dan tijd genoeg om zijn talenten aan de wereld te tonen. Nochtans vinden we poulsard enkel hier in de Jura en nergens anders. In Arbois neemt poulsard 14%, zo’n 290 Ha, in beslag. Dit vertegenwoordigt 80% van de blauwe druiven. Trousseau en pinot noir zorgen voor de overige 20%.
Poulsard heeft een zeer dunne schil. Hierdoor heeft de wijn een doorzichtige schijn. Men zegt wel eens dat poulsard de meest rode rosé is… of de meest rosé van de rode wijnen is. Vroeger kreeg de wijn een specifieke kleur toegemeten: koraal.
Hoe herken je poulsard?
De jonge twijgen zijn weinig behaard,
De jonge bladeren zijn geel met een bronzen schijn,
De volwassen ranken eindigen in een twist,
De volwassen bladeren vertonen vijf tot zeven lobben en een open petiolaire sinus. Diepe zijdelingse openingen met een middelmatige karteling. De bladschijf is eerder grof,
Kleine trossen met middelmatige tot grote elliptische bessen. De dunne schil heeft een heel donkerblauwe kleur.
Er wordt slechts 1 kloon gebruikt. Een tweede is in het stadium van homologatie.
Poulsard is een delicate druif en is gevoelig aan vorst, coulure en meeldauw. Het rendement is laag waardoor de ranken lang worden gehouden.
Hoe proeft poulsard?
Een wijn gemaakt op basis van poulsard is fijn en aromatisch. De aroma’s zijn die van rood fruit onderstreept door lichte animale toetsen. Niet alleen de kleur oogt freel, de wijn vertoont ook een delicate structuur. Als wijnmaker kan je beter niet overdadig extraheren. Integendeel: elegantie en finesse zijn de troeven van deze wijn.